Gebroken vingers en/of (midden)hand

Gebroken hand opgelopen en wilt u weten wat u hier aan kunt doen? De vingers en handen zijn een zeer complex geheel van botten, spieren, gewrichtskapsels, pezen, zenuwen en bloedvaten. Op polsniveau bevinden zich de handwortelbeentjes (8 stuks), daarna de middenhandsbeentjes (5 stuks), vervolgens de vingers (de duim bestaat uit 2 botten en de vingers hebben elk 3 stuks). In principe kunnen alle botten van de hand en vingers gebroken worden. Dit gebeurt meestal wanneer u valt of de hand hard wordt geraakt. Afhankelijk van de exacte locatie van de breuk en hoe ver de breuk is gevorderd, zullen specifieke behandelingen worden toegepast.

Symptomen van een gebroken vinger of middenhand

• Zwelling van de hand/vinger
• Gevoeligheid
• Misvormde handen/vingers
• Het niet kunnen bewegen van de handen/vingers
• Verkorte vingers
• Ingedrukte knokkel
• De vingers schuiven over elkaar wanneer u een gedeeltelijke vuist maakt (grijpbeweging om een tennisbal)

Behandeling van een gebroken vinger of middenhand

Veel hand- of vingerfracturen kunnen zonder operatie (= “conservatief”) worden behandeld. Sommige vingerfracturen kunnen worden behandeld met een vorm van tape, maar de meeste hand- of vingerfracturen worden meestal behandeld met een gipsverband.

Afhankelijk van de plaats van de breuk bepaalt uw traumachirurg de duur van de gipsbehandeling. Voor vingers is dit meestal erg kort (soms zelfs maar 1 week, dan tape). In het middelste gedeelte bij de hand- of handwortelbeentjes is dit meestal iets langer (ongeveer 3-4 weken). Een uitzondering is het ‘scaphoid’, het bootvormige bot dat deel uitmaakt van het polsbot. Dit zijn beruchte fracturen die soms heel langzaam genezen. In sommige gevallen van scafoïdfracturen kan zelfs tot 12 weken gips nodig zijn! Als de breuk ernstig is en slecht gepositioneerd of als de traumachirurg inschat dat een operatie de breuk sneller zal laten genezen dan een gipsverband, kan de traumachirurg samen met u bepalen of een operatie nodig is.

De operatie van een gebroken hand

Er zijn verschillende mogelijkheden voor hand- of vingerchirurgie. Zeer kleine plaatjes en schroeven kunnen worden gebruikt om de breuk te fixeren. Soms worden ook dunne metalen pennen of externe fixatiemiddelen (zogenaamde “externe fixateur”) gebruikt. De operatie die u uiteindelijk ondergaat, hangt af van de kenmerken van uw fractuur, de conditie van uw huid en spieren en de voorkeuren van uw traumachirurg. Zoals bij elke operatie, brengt hand- of vingerchirurgie het risico van complicaties met zich mee, zoals: wondontsteking, pijn, pees-, bloedvat- of zenuwbeschadiging, stijfheid, loskomen van fixatiemateriaal en fracturen die verplaatsen.

Na de operatie/behandeling

De hand en vingers zijn een complex geheel van botten, spieren, pezen en gewrichtskapsels. Als deze door een botbreuk tijdelijk onbruikbaar zijn, zullen ze snel stijf worden. In dit opzicht hebben de handen en vingers er baat bij om zo snel mogelijk weer in beweging te komen. Doordat de breuk het gebruik van handen en vingers tijdelijk kan verminderen, voelt u in het begin vaak stijfheid. Deze stijfheid houdt echter soms maanden na de behandeling aan, ondanks regelmatige lichaamsbeweging. Hierbij kan onze handtherapie goed helpen. Met behulp van een fysiotherapeut of specifieke handtherapeut gaat u de juiste balans terugvinden. Een gebroken bot heeft rust nodig om te genezen, maar het is ook nodig om de vinger/hand op tijd te bewegen om te voorkomen dat de gebroken hand te stijf wordt. Wij kunnen u hierin adviseren en begeleiden.